In het begin van de nieuwe eeuw is de Singelloop een vaste waarde geworden. Als het moet gaan wegen open of juist dicht om de populaire hardloopronde op een vrijdagmiddag in april mogelijk te maken.
Het Nuon-terrein is als startplaats inmiddels ingeburgerd geraakt. Voorheen meldde een enkele verstrooide deelnemer zich nog wel eens op de oude startplaats aan de Witte Singel, maar dat ras is inmiddels uitgestorven.
Steeds vaker duiken complete schoolklassen op in de hollende meute. Zij bouwen hun eigen feestje en hebben meestal geen last van de wedstrijdatleten. Die vertrekken steevast vanuit een geïmproviseerd eigen startvak voor de massa uit. De deelnemersaantallen, inmiddels tot op de loper exact geadministreerd, stijgen behoorlijk. Zelfs de optimistisch geschatte records uit het verleden van om en nabij de 3500 deelnemers worden gebroken.
Meer betalende deelnemers betekent ook meer geld voor de goede doelen. Die moeten ook steeds meer moeite doen om in de termen te vallen. Maanden voor de loop kunnen zij zich vooraf met een soort ‘bidbook’ profileren, waarna de Singelloop-organisatie er enkele uitkiest. Anders dan in de begintijd is het streven nu gericht op elk jaar een ander goed doel.
Maar creatieve fondsenwervers slagen er toch in herhaaldelijk aan bod te komen.